In de statuten217 lezen we dat de vereniging wou voorzien in de behoeften van toenmalige amateur-fotografen: gezamenlijk de fotografie promoten door tentoonstellingen te organiseren, voordrachten te geven en een tijdschrift uit te geven. De vereniging had enkel een artistiek en wetenschappelijk doel en was zeker niet commercieel. L’Association belge de Photographie was zeer gestructureerd: er was een centraal bureau in Brussel en plaatselijke afdelingen. De vereniging werd bestuurd door een president, 2 vice-presidenten, een secretaris-generaal, een schatbewaarder en zes commissarissen. De afdeling Gent stond zoals elke plaatselijke afdeling onder leiding van een president en een secretaris. We kunnen afleiden dat de leden uit de gegoede klasse kwamen, want niet iedereen kon zomaar lid worden. Men moest niet alleen voorgedragen worden door twee leden en goedkeuring krijgen van de raad van beheer. Men moest ook een éénmalig bedrag van 10 frank en een jaarlijks lidgeld van 20 frank betalen.
De vereniging gaf ook een maandelijks tijdschrift uit: de Bulletin de L’Association belge de Photographie. Hierin stonden wetenschappelijke artikels, onder andere geschreven door Leo Baekelandt de uitvinder van het velox fotopapier dat bij kunstlicht kon worden ontwikkeld.
Daarnaast waren er verslagen van zowel plaatselijke als nationale vergaderingen, van tentoonstellingen en excursies. Het tijdschrift publiceerde natuurlijk ook foto’s gemaakt door de leden.
In 1903 werd de nationale tentoonstelling en jaarlijkse samenkomst in Gent gehouden in het Pinksterweekend. De tentoonstelling vond plaats van 31 mei tot en met 13 juni in de Lakenhalle. Zondag 31 mei om 11 u begon men met de opening van de nationale fototentoonstelling. Daar werden de gasten verwacht voor een middagmaal in Hotel Cambrinus in de Vlaanderenstraat. Daarna maakte men en ‘wandeling’ per auto in de stad met bezoek aan verschillende monumenten. Om 17 uur was er een voordracht in de Ecole Industrielle van de Lindelei. En om 19 uur was er een banket in de salons van het Hotel de la Poste op de Kouter. Na het diner kon men verder keuvelen op de terrassen van de Kouter. De volgende dag werd afgesproken aan het Hotel de la Poste. Auto’s wachtten de excursionisten op voor de tocht naar het kasteel van Laarne en het meer van Overmeire-Donk. Het was een prachtige zomerdag en een aantal van de excursionisten konden niet weerstaan aan een frisse duik in het water. ’s Middags aten ze un diner simple mais substantiel, servie, non sans difficulté; les salles du chalet n’ont pas été construites en vue de sociétés aussi nombreuses et la circulation entre les tables, rendue peu aisée, amène des incidents joyeux. Er werd een groepsfoto genomen. Na de maaltijd moest er wat gewerkt worden en werden hier en daar foto’s genomen. Ook op de heen-en terugreis werd hier en daar gestopt voor een kiekje.(1)
De fotoclub was ook geassocieerd met de Cercle Artistique et Littéraire. Op 29 januari 1903 werd daar een projectie van diapositieven geprojecteerd. De zaal was echter te klein voor het aanwezige publiek en ze organiseerden een tweede avond enkel voor de leden van de Cercle Artistique et Littéraire. Charlie (sic) Morel de Boucle St. Denis presenteerde de werken.
De vereniging kende haar hoogtepunt met de inrichting van de Salon d’Art Photographique tijdens de Wereldtentoonstelling in Gent. Een internationale schare hoge adel stelde er werken ten toon. We vermelden onder andere: de Belgische koningin Elisabeth, de keizerin van Duitsland, de koning van Saxen, de koning van Wurtemberg en de koningin-weduwe van Engeland(2).
Bronnen :
DE ADEL IN HET GENTSE MONDAINE VERENIGINGSLEVEN AAN HET BEGIN VAN DE TWINTIGSTE EEUW, Simon Lateur
1 Bulletin de l’Association belge de photographie, Volume 7, 1903, Brussel, s. p.
2 Drèze (G.), Le livre d’or de l’Exposition universelle et internationale de Gand en 1913. Gent, Vanderpoorten, 1913, pp. 299-300