Ook het roeien mocht niet ontbreken. De organisatie van de Europese kampioenschappen 1913 werd toevertrouwd aan de 3 Gentse roeiverenigingen: Club Nautique (nu KRCG), Sport Nautique (nu KRSG) en de Regattes Gantoises ( opgeheven in 1919).
Deze kampioenschappen meer dan één primeur.
Op het FISA congres 1912 was Duitsland al toegetreden en op het congres in augustus te gent werden ook Rusland, Nederland en Oostenrijk-Hongarije toegelaten. Het gevolg daarvan was dat er nu acht federaties waren (naast de stichters Frankrijk, Italië, België en Zwitserland – de Adriatische en die van Elzas-Lotharingen hadden zich terug getrokken). Dit veroorzaakte mogelijks schiftingswedstrijden zodat het Europees kampioenschap voor het eerst oer twee dagen werd gehouden.
Er werd geroeid op het kanaal Gent-Terneuzen over een zo goed als recht stuk ter hoogte van Langerbrugge. Er waren liefst drie technische primeurs:
- de kamprechters aan de start, de duizend meter en de aankomst waren telefonisch met elkaar verbonden
- de kamprechterauto’s konden de wedstrijd langs de weg volgen, de linkeroever was daarvoor gereserveerd.
- er werden startkabels gebruikt
Het eerste aantreden van Duitsland ging niet onopgemerkt voorbij. Het was een groot land met een strek uitgebouwde roeiwereld. Berlijn en omgeving alleen telde toen 84 roeiverenigingen! De skiffwedstrijd werd na een incidentrijke finale gewonnen door Frederich Graf uit Heidelberg, die daardoor de geschiedenis inging als eerste Duitser die een Europees roeikampioen koninginnennummer, de acht met stuurman, werd overtuigend gewonnen door de ploeg. (in die tijd waren er nog geen nationale ploegen, maar streed de beste ploeg als nationaal team)
Mede door dit succes werd de organisatie voor het volgende Europese kampioenschap toegewezen aan het nieuwe lid Duitsland. Door het uitbreken van de oorlog werden deze afgelast. Duitsland moest vervolgens wachten tot 1935 om een Europees kampioenschap te mogen organiseren ( op de roeibaan Grunau in Berlijn, waar het jaar daarop de Olympische spelen plaats vonden).
De Belgische deelname op het E.K. was op sportief vlak geen succes. Geen enkele medaille werd behaald: de 8+, 2X en 1x waren telkens laatste of gaven op.
Ook voor Sport Gent lagen de topjaren (1903-1910) achter de rug.