Op 24 april, 2 dagen voor de opening, begonnen de eerste problemen reeds, om 10 u 30 kreeg de commissaris-generaal van de Engelse sectie de toestemming om het raampje te breken van de brandmelders, eens dit uitgevoerd weigerde de heer Wintour, commissaris-generaal van de Engelse regering om ons deze te laten vervangen omdat er een kortsluiting was opgetreden waardoor het signaal noch in de kazerne, noch in de brandweerpost expo afging. Kapitein-Commandant Achtergeal van de Gentse expo brandweer, zou later ontdekken, wat een tiran Mr Wintour was.
Zaterdagochtend, 27 april, tijdens een ontmoeting met de heer de Smet de Nayer, directeur-generaal van de tentoonstelling, vergezeld van de heer Wintour, commissaris-generaal van de Engelse regering, verweet hij mij dat een gedeelte van het Engelse gedeelte nog steeds zonder water zat en dat hij geen directe communicatie had om indien nodig de brandweer te bellen. Door de weigering van hemzelf, wat hij duidelijk verzweeg tegen de Smet de Nayer.
De heer Wintour eiste dat er onmiddellijk brandweerlieden werden ingezet, evenals uitrusting en voorzieningen om een beginnende brand het hoofd te bieden. Op het moment dat ik(Achtergeal) het woord voerde, kwam u(de Smet de Nayer) tussenbeide en om elke discussie met de heer Wintour te vermijden, die niet naar de rede wilde luisteren, zag ik dat uw toespraken deze heer bevrediging gaven.
Zoals opgemerkt in het bijgevoegde buitengewoon rapport, is er ’s middags een waarschuwingsapparaat geplaatst in de Engelse hal. Het testsignaal werd zowel bij de tentoonstellingspost als bij de kazerne goed geregistreerd.
Om 22.50 uur mag meneer Wintour de ruit van het brandalarm breken en aan het handvat trekken.
Als gevolg van een opgetreden kortsluiting werd het signaal niet ontvangen en liet de heer Wintour het feit noteren. Hij verwijderde het handvat van de stang en nam het mee, toen men hem vanmorgen vroeg waar dit handvat was, zei hij dat het in handen was van een ingenieur. Achtergael had reeds meer vernomen over Wintour en zijn wil om het bevel te voeren over de brandweer, hierop stuurde hij een brief naar Burgemeester Braun, waarin vooral het volgende citaat er uit springt :
Het lijkt erop dat deze meneer opzettelijk de brandweerlieden van tijd tot tijd alarmeert. Dat gebeurt misschien in Engeland, maar niet in Gent en hij weet waarschijnlijk niet dat deze feiten strafbaar zijn.
Ik maak in ieder geval een verslag op, dat ik elke keer naar de procureur des Konings stuur om deze persoon in zijn ongelijk te stellen en alle verlangen om opnieuw te beginnen weg te nemen.
Ik wil u erop wijzen, mijnheer de burgemeester, dat na een briefwisseling tussen de commissaris en de tentoonstellingscommissie, die enkele maanden heeft geduurd, veel tijdverliezend, gemachtigd was over te gaan tot het plaatsen van nieuwe brandmelders. We moesten de apparaten, de kabels en bronzen draad bestellen en het kostte veel tijd. Het is ongeveer 15 dagen geleden dat ik met het werk kon beginnen, erg belangrijk, vooral omdat we zien dat er speciale voorzorgsmaatregelen worden genomen om werknemers van welke aard dan ook niet lastig te vallen en niet het risico te lopen dat u uw eigen beschadigde werk ziet. We zitten midden in de installatieperiode en ik probeer en het is onmogelijk om te eisen dat alles vanaf de eerste dag perfect is. Dus gisteren rond het middaguur merkten we een aanzienlijke afbuiging van de stroom door een houweel in de kabel, waarschijnlijk door een arbeider, in de strijd naar de einddatum. Dit soort onderzoek kost kostbare tijd en het werk levert veel vertraging op. Ik hoop de plaatsing in de loop van morgenavond af te ronden om alle brandmelders in orde te brengen. Dit alles is uitgelegd aan de heer Wintour, die niets wil toegeven en naar mijn mening heeft hij gelijk, aangezien al deze huidige investeringen al lang klaar zijn, maar er is echter reden om hem erop te wijzen dat dit niet mag om de brandweerlieden onnodig te alarmeren.
Ik zorg er zelf voor om hem in de gaten te houden en ik verklaar dat dit deel van de dienst niet zal worden verwaarloosd. Ik denk dat meneer de burgemeester, dat u alleen de Engelse commissaris-generaal moest laten begrijpen dat hij zijn rechten overschrijdt door de brandweerlieden te willen controleren.
Alstublieft, geef me alstublieft orders om te weten dat ik dag en nacht brandweerlieden moet blijven voorzien voor de uitzonderlijke bewaking van het Engelse compartiment, terwijl ik hetzelfde laatste moest herhalen, wat mij was gevraagd door de commissaris-generaal van de Franse regering. Bij bevestiging, gelieve ook de brandweerpost op de expo te verwittigen.
Op 30 april kwam dan het antwoord :
Ik liet de heer Achtergael bellen om hem om aanvullende informatie te vragen en ik adviseerde hem op de meest uitdrukkelijke manier:
1 ervoor te zorgen dat alle uitrusting van de brandweer in perfecte staat zou worden teruggebracht – hij antwoordde dat alles in orde was;
2 dat de overeenkomst met de tentoonstelling, 8 Engelse brandweerlieden speciaal belast waren met de bewaking van het Engelse paleis;
3 dat de betrekkingen met de Britse commissaris-generaal zo hoffelijk en vriendelijk mogelijk moeten zijn.
Op 2 mei maakte burgemeester een brief op aan Heins, die Achtergael moest op de hoogte brengen van onderstaand bericht dat verstuurd werd op 5 mei
Aan het 1ste bureau Zuid – Tentoonstelling – Dienst brandweer
De heren algemeen directeuren van de tentoonstelling
Wij hebben de eer u te vragen ons te laten weten of de particuliere brandweerlieden die, zo lijkt het, die onder de leiding staan van de commissaris-generaal van de Engelse sectie op de tentoonstelling van de speciale bewaking van deze afdeling, in het geval van een alarm , alle bevelen van de chefs van onze brandweer krijgen, waar, integendeel, onze dienst alleen zou worden opgeroepen om in deze sectie te dienen in het geval van een speciaal vordering van bevoegde Engelse functionarissen.
Ik geloof dat in deze laatste hypothese onze brandweer altijd klaar zal staan om te voorkomen dat de brand zich naar andere compartimenten of constructies verspreidt.
Voetnoot :
Indien andere secties, compartimenten in de gemeenschap van exposanten, maatregelen moeten nemen die vergelijkbaar zijn met die welke door de commissaris-generaal van de Engelse sectie zijn genomen, verzoeken wij u vriendelijk ons dit te laten weten en de gedragslijn aan te geven die in dit verband moet worden gevolgd.
Kapitein-Commandant Achtergeal was hier alles behalve tevreden over en liet het volgende noteren:
Ik zie er geen bezwaar in dat de vertegenwoordigers van de verschillende regeringen binnen hun eigen afdelingen bijzondere toezichthoudende taken op zich nemen.
Maar er kan geen sprake van zijn om hen op enigerlei wijze bij de brandweer te betrekken door de commissaris-generaal. In het geval van brand, in welke sectie dan ook, is het eerste wat u doet de brandweer bellen. Echter, volgens artikel 24 van de georganiseerde regelgeving, wordt redding geregeld door de hoogste officier of onder-officier in rang die als eerste ter plaatse is en is zijn enige verantwoordelijkheid. De burgemeester of zijn vervanger, neemt bij de brand de leiding over alle diensten.
Als de burgemeester bij de brand aankomt, neemt het hoofd van het detachement zijn bevelen op. Uit het bovenstaande volgt dat onze brandweerlieden zich alleen onder het bevel van hun respectievelijke chefs hoeven te plaatsen.
Dat Wintour zij wil doordrukte en ook kreeg, ondanks dat zij zelf hadden gekozen om een eigen brandweerdienst te willen hebben voor hun afdeling, wouden ze er de kosten niet van dragen. De brief van 10 mei aan burgenmeester Braun, laat hierover geen twijfel bestaan : Ik maak van deze gelegenheid gebruik om de overeenkomst te bevestigen die we mondeling hebben gesloten, waarbij de 8 brandweerlieden, die sinds ons laatste ontmoeting zijn ondertekend, worden betaald door de stad Gent en dat ze op het terrein zullen blijven dat eerder was gereserveerd voor de Britse exposanten. Ik veronderstel dat zowel de inrichtingskosten van hun logement, als de reiskosten van de brandweerlieden van en naar Londen door de stad Gent zullen moeten worden gedragen. Hierbij maakte hij ook duidelijk wanneer deze mochten worden ingezet : De verwachting is dat, behalve in het geval dat de Britse sectie in gevaar is, de Britse brandweer klaar staat om te helpen bij het blussen van de brand in enig ander deel van de tentoonstelling, mocht dat gebeuren. Alsook eiste hij de sleutels van de watervoorziening van de brandweer op aan Coppieters, deze laatste weigerde cordaat en zie dat alleen de waterdiensten houder zijn van de klepsleutels.
de Smet de Nayer liet aan Achtergael weten op 16 mei , dat alleen Engeland het nodig vond om een post van nationale brandweerlieden in hun sectie in te richten. Ik bezorgde een kopie van de brief van de commissaris-generaal Wintour die u zal opdragen met de mogelijke hulp die de Engelse brandweerlieden aan onze brandweerlieden zullen kunnen bieden. Het antwoord op deze brief was kort en bondig en niet mis te verstaan :
20 mei 1913 aan MR Dir. gen. de Smet de Nayer.
Ik heb geen hulp of samenwerking van buitenlandse brandweerlieden gevraagd. Ik zou graag positieve instructies ontvangen als ik in geval van nood de hallen van buitenlanders moet betreden.
Kapitein-commandant Achtergael.
Bronnen :
Archief brandweer boek x persoonlijke briefwisseling kap. comm. Achtergael