Het paleis van Brussel was bewonderenswaardig van buitenaf en van binnenuit. Fantasie had de architect er niet toe gebracht om af te wijken van de algemene vorm van de Brabantse stijl van de zestiende eeuw.
Hij had zijn inspiratie gezocht in het stadhuis, in het huis van de koning, in de oude Amigo, in de oude Lakenhallen; het geheel was harmonieus. Binnen hadden de administraties van de gemeenten van de Brusselse agglomeratie, met methode en duidelijkheid, de gemeenschappelijke diensten op het gebied van hygiëne, gezondheid en openbare veiligheid blootgelegd. Een goed ontworpen en gemeubileerde eregalerij hield de bezoekers onder de charme van zijn lijnen en zijn versieringen.