Doofstommen in de wereldtentoonstelling

Voor eenige maanden werd de huishoudschool der Zusters van Liefde van Bertem uitgenoodigd om in de Gentsche Wereldtentoonstelling werkzaam te zijn. op de 6de, 7de en 8ste October was het de beurt van het doofstommengesticht van t’Moederhuis van Gent, om er zich als beroepsschool aan te bieden.

Het, voor de meeste doofstommen zeer geschikt beroep, is dit van kleermaakster. Men ondervindt dat het grootste getal onze oudleerlingen door dit werk hun brood kunnen winnen. Het is dus ook tot dit ambacht dat de Meesteressen trachten hunne leerlingen op te leiden en te volmaken.

Om ten volle in de kleermakerij onderricht te worden, moeten de leerlingen eerst  in staat zijnallerlei verstelwerk zonder voorbereiding der Meesteres en zonder hulp af te maken.

Men mag zeggen dat de doofstommen die den heelen leergang kunnen voltooien in staat zijn onmiddellijk het beroep van kleermaakster uit te oefenen. De toeschouwers die met aandacht den gang onzer onzer beroepsschool in de tentoonstelling gevolgd hebben, kunnen zich hiervan overtuigen.

Men zag er eene leerlinge de maat op eene harer  medeleerlingen en volgens deze maten een patroon teekenen. Dit hebben onze leerlingen geleerd en goed verstaan, nochtans stellen wij verre boven deze theorie, de practijk waarvan zij evengoed een de degelijke kennis bezitten. Het snijden, aaneendriegen, passen, voltooien van een kostuum wordt door de leerlingen van het laatste leerjaar met zekerheid en gemak verricht.

Sinds jaren worden onze leerlingen als kleermaaksters opgeleid, doch daar hedendaags het borduurwerk zoo grooten  bijval geniet, hebben wij ook sedert een jaar tot dit slag van werk de leerlingen, die er bekwaamheid en aanleg voor hadden, in het bijzonder geoefend. Als eerste pogingen in dit vak werd het werk ozer leerlingen ook hoogst goedgekeurd. Zij boden aan de toeschouwers geborduurde tafeloopers, tafellakens, kragen, gordijntjes waarvan het werk, volgens den leeftijd der werkstertjes, een allerschoonste uitslag was.

Onze doofstommen vonden veel belanstelling bij het volk dat op die dagen de tentoonstelling bezocht. Op zekere uren was er voor hun stand een gedrom van nieuwsgierigen, die daar met gekruiste armen en verwonderde blikken onze naaistertjes zagen meten, snijden, driegen , op de machien naaien, strijken, enz.

Foto : Erfgoedhuis ǀ Zusters van Liefde JM / A19-BEL-Gent, Terhagen-39b

Maar! zegden Sommigen, Zijn die kinderen waarlijk doof? Men zou dat niet zeggen! ze zien er zoo verstandig uit en zoo goed geleerd uit!

Eene, aan het doostommenonderwijs gansch vreemde dame, onderheid met de leerlingen een zeer lang en belangwekkend en levendig gesprek. De liefdevolle bezoekster was bewogen en blij, en de kinderen trilden van vreugde omdat zij zoo goed verstonden en verstaan werden.

De damen die als leden van het inrichtingskomiteit , de werkzaamheid onzer school in de tentoonstelling onderzochten, waren het allen eens om hunne hooge tevredenheid uit te drukken. Ook werd aan het door de doofstommen tentoongesteld handwerk een zilveren medaille toegekend.

Daarboven ontving het instituut het diploma van den grooten Prijs, aan al de,  in de tentoonstelling werkende, huishoud- en beroepsscholen (klas 113) in gemeenzaamheid gegeven.

 12den October. — Prijsuitreiking aan tweehonderd vijf en twintig meisjes van het Patronaat der Sinte- Magrietstraat ; sympathieke hulde aan eene onder hen, sedert 25 jaar, lid van den kring Dergelijke  Jubilé’s komen niet zelen voor, in die bloeiende inrichting.

De lieve blinde meisjes van Brussel, gelasten zich — en met wat kunstgevoel! — met het muzikaal deel van het programma, De ” Barbier van Séville ” en menig andere puike opvering, werd met toejuichen bestormd.

De kleine doofstommen van Terhaegen hadden hunne beurt op prachtige feestnummertjes aan te vullen. Moge dit patronaat zijne heilzame werking steeds uitbreiden met ” Gods zegen die Zege is”.

13den October — Omtrent 9 uur doortrekt een eigenaardige meisjesgroep de  woelige Gentsche ztraten. Drie aan drie stappen zij voorwaarts : een doofstomme midden twee blinden, verder eenige zusters. Innig medelijden straalt door de teedere bezorgheid de doofstommen voor hun blinde gezellinnen, en deze kouten vol weemoed over ” die arme doofstommen” : noch de eene noch de anderen hooren hunnne verheugde Bewaarengels lispelen : ” Zie hoe zij elkaar liefhebben “. Men genaakt Maria’s Heiligdo te Oostacker. Vurig  wordt er gebeden ; dan, berouwvol “oogen ” en “ooren ” gewasschen! gesloten blijven de ooren, even duister in de oogen, en de menige kleine ontvliedt eene zoete  hoop! en toch, is Maria steeds de “genadige ” Maagd! De verschillende indrukken versmelten weldra in dit eenige gevoel; het geluk bij Maria te zijn…en wat heeft hun de “Onbevlekte” toegefluisterd?… Misschien wel, hetgeen zij weleer aan het engelachtige meisje der Pyreneeën beloofde : ” niet in dit leven, maar in het komende zal ik u gelukkig maken”.

Artikel : Cariitas Nederlands JG 2 nr 6 van 1913

Fotos :  Erfgoedhuis ǀ Zusters van Liefde JM